Is een verbod op nepnieuws wel het antwoord?

dinsdag 19 februari 2019

Het thema nepnieuws is een veelbesproken onderwerp. Krantenkoppen zoals ‘Russische trollen beïnvloeden Amerikaanse verkiezingen’ verschijnen regelmatig in de krant. De politiek is steeds meer betrokken geraakt bij het vinden van een oplossing voor het probleem. Zo zijn in Amerika de bazen van Facebook, Google en Twitter voor het Amerikaans Congres verschenen en heeft de Europese Unie een zwarte lijst opgesteld met journalistieke redacties die nepnieuws verspreiden. In een aantal andere landen wordt er aan wetgeving gewerkt of zijn er wetten aangenomen die het beheren en verspreiden van nepnieuws bestraffen. Het probleem is ook daadwerkelijk groot genoeg om er iets aan te willen doen. Nepnieuws heeft grote invloed op de publieke opinie en de welvaart in een land. Het is daarom ook terecht dat er actie ondernomen wordt om dit probleem aan te pakken. Maar levert een verbod op nepnieuws wel de welvaartsverbetering op die er beloofd is?

Censuur

Een van de argumenten tegen een verbod op nepnieuws is dat het een beperking op de vrijheid van meningsuiting kan zijn. Het is lastig om in een wet precies vast te leggen welke informatie echt of nep is. Als een wet voor interpretatie vatbaar is, nodigt dit misbruik uit (Schane, 2002). Wanneer twee mensen het bijvoorbeeld niet met elkaar eens zijn over een maatschappelijk probleem, dan kunnen zij elkaar gaan beschuldigen van het verspreiden van nepnieuws. Een uitspraak in de zaak kan dan iemand het zwijgen opleggen. Maar wat als zij allebei overtuigd zijn van hun mening? Wie of wat bepaalt dan wie er gelijk heeft? Het wordt zo een complex vraagstuk met als gevolg dat iemand (onbedoeld) gecensureerd wordt. Of iemand kan zo bang zijn om aangeklaagd te worden dat dit leidt tot zelfcensuur.

In een welvarend land hebben burgers vrijheid nodig om ideeën en meningen uit te wisselen zonder daarvoor vervolgd te kunnen worden. Vrijheid van meningsuiting is een recht dat opgenomen is in de grondwet van veel landen. Echter is het wereldwijd een trend dat deze vrijheid afneemt (Zarraga, 2017). In sommige landen kan de dreiging van nepnieuws misbruikt worden door de overheid om critici, politieke tegenstanders en etnische minderheden het zwijgen op te leggen. Dit gebeurt bijvoorbeeld al in Maleisië, Brazilië en Kenia. Met een afname van de welvaart tot gevolg.

Ambitieus

Behalve een inperking van de vrijheid van meningsuiting, zijn er nog meer mogelijke problemen met beleid dat gericht is op de bestrijding van nepnieuws. Beleidsmaatregelen kunnen falen en hebben niet altijd het gewenste effect op de samenleving. Wanneer de overheid iets belooft terwijl de doelen niet realistisch zijn en dus niet behaald worden, kan dit leiden tot grote ontevredenheid bij de burger. In Frankrijk is een wet aangenomen die het automatisch verspreiden van nepnieuws beboet. De wet zegt dat iedereen iemand kan aanklagen rondom de verkiezingsperiode als die persoon massaal en kunstmatig nepnieuws verspreidt. Verder moet er binnen 48 uur een uitslag komen van de rechter die bepaalt of het nepnieuws is of niet en moet het van het internet verwijderd zijn (Fiorentino, 2018). Deze bepalingen zijn vergelijkbaar met andere wetsvoorstellen in Europa. Dit zijn ambitieuze doelen die in de praktijk lastig uit te voeren zijn.

Zo worstelt het Franse rechtssysteem al langere tijd met een tekort aan economische middelen en een tekort aan rechters (Gobry, 2018). Er wordt beloofd dat nepnieuws bestraft gaat worden. Maar als er te weinig middelen zijn om het beleid uit te voeren, kan het zijn dat de middelen weggetrokken worden bij andere voorzieningen die misschien wel belangrijker zijn voor de welvaart van de samenleving. Een afname van hulpbronnen in de samenleving is een externaliteit die drukt op de welvaart van de samenleving.

Daarnaast is het verbod technisch ook moeilijk uit te voeren. Informatie beperkt zich niet tot één platform. Nu stelt de wet in Frankrijk ook dat de platformen grote boetes kunnen krijgen als zij de informatie niet verwijderen van hun site. De kans is groot dat nepnieuws verspreidt naar andere websites, voordat het verwijderd wordt. Het is dweilen met de kraan open. Als de overheid niet de functie kan vervullen die er van hen verwacht wordt, leidt dit tot het verlies van vertrouwen door de burger in de overheid. Een gebrek aan vertrouwen in de overheid leidt tot een vermindering van de welvaart.

Symbolische wet

Het derde argument tegen een verbod op nepnieuws is dat de wet mogelijk nooit gehanteerd gaat worden. Waarschijnlijk omdat de handhaving niet het oorspronkelijke doel is van de wet. Een verbod op nepnieuws zou een symbolische wet kunnen zijn om de burgers gerust te stellen. Zo waren er in Frankrijk en Duitsland al wetten die de verspreiding van nepnieuws verboden (Kajimoto, 2018). Een nieuwe wet was daarom eigenlijk overbodig. Een symbolisch verbod leidt tot bepaalde verwachtingen en wanneer de overheid niet aan deze verwachtingen voldoet, kan maatschappelijke onrust ontstaan.

Nepnieuws heeft een grote invloed op de samenleving en het is terecht dat er actie wordt ondernomen. Het is echter naïef om te denken dat het strafbaar maken van nepnieuws bijdraagt aan de welvaartsverbetering. Juist omdat een wet zo veel negatieve sociale uitkomsten met zich mee kan brengen.

Bronnen

  • Fiorentino, M.-R. (2018). France passes controversial “fake news” law. Retrieved January 11, 2019, from https://www.euronews.com/2018/11/22/france-passes-controversial-fake-news-law
  • Gobry, P.-E. (2018). France’s “Fake News” Law Won’t Work. Retrieved January 5, 2019, from https://www.bloomberg.com/opinion/articles/2018-02-14/fake-news-france-s-proposed-law-won-t-work
  • Kajimoto, M. (2018). A guide to anti-misinformation actions around the world. Retrieved January 11, 2019, from https://www.poynter.org/fact-checking/2019/a-guide-to-anti-misinformation-actions-around-the-world/
  • Schane, S. (2002). Ambiguity and Misunderstanding in the Law. Thomas Jefferson Law Review.

Reacties 1

  1. Els Rademaker- Vos

    Ik heb hierover een kleine twee jaar geleden een gesprek gehad met Sicco van der Meer van instituut Clingendael. Hij zei nepnieuws niet verbieden maar mensen toerusten om nepnieuws te herkennen. Pas op voor censuur. Ben ik het helemaal mee eens.

Laat een reactie achter

Vul je e-mailadres in om op de hoogte te blijven van reacties (je e-mailadres wordt niet gepubliceerd).

Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.