Digibetisme is gevaarlijker dan analfabetisme (een kort betoog)

vrijdag 24 juli 2020

Moeilijke tijden, harde one-liners en onzekerheid domineren in 2020 de krantenkoppen. Ik ben een rasoptimist van nature, dus ik wil u, de lezer, graag een fijne realisatie mededelen: u kunt deze krantenkoppen, alle socialmediaposts, en dit artikel, lezen! Ja, gewoon.. lezen! Maar dat is toch vanzelfsprekend? Klopt! Maar alleen omdat we in het onderwijs veel tijd en moeite besteden aan het bijbrengen van de kunst van de letter aan onze kleintjes.

Anno 2020 onderkennen wij allemaal hoe gevaarlijk analfabetisme is voor individuen in onze maatschappij. De simpelste taken worden onuitvoerbaar in een tijd waarin tekstuele communicatie de overhand heeft genomen over spraak en face-to-face. Ik hoef hier volgens mij niet diep op in te gaan, maar toch een gedachte-experiment: als ik niet zou kunnen lezen, zou ik me zorgen moeten maken over de kleinste dingen. Elke blauwe brief is eng (zelfs bevestigingen en accordering van toeslagen); “sta ik nu wel op het goede perron?”; “kan ik dit brood eten met mijn lactose-intolerantie?”. Onze maatschappij is ingericht onder de aanname dat men kan lezen.

Laaggeletterdheid en armoede gaan hand in hand: het is vaak een belemmering om zelfredzaam te zijn en dit vergroot de kans op laaggeletterdheid (Ecbo en ROA, 2016). We nemen niet aan dat iemand bij de instap in ons onderwijs kan lezen (of schrijven en rekenen). Actief besteden we jaren aan het ontwikkelen van deze belangrijke vaardigheden en slepen we wat lastigere leerlingen mee.

Fast forward 30 jaar. Inmiddels gaat vrijwel alle communicatie digitaal: huizen koop je online, bankzaken doe je via de browser, advocaten spreek je via veilige online kanalen, de meeste communicatie op werk gaat via chat-apps, en ga zo maar door. Als je kijkt naar de ontwikkelingen tussen 2000 en 2020 is dat niet ondenkbaar – het is allemaal zo snel gegaan. Anno 2050 onderkennen wij allemaal hoe gevaarlijk digibetisme is voor individuen in onze maatschappij, want: onze maatschappij is ingericht onder de aanname dat men overweg kan met de digitale wereld.

Touché, de titel was enigszins misleidend. Digibetisme is uiteraard niet gevaarlijker dan analfabetisme. The thing is: de consequenties van analfabetisme zijn algemeen erkend, en daarom doen we er al zo veel aan. De consequenties van digibetisme liggen op de loer: van digitale vaardigheden wordt te vaak gedacht “ach, dat hoeft toch niet, dat leer je vanzelf wel”. Hierdoor voel ik me zó machteloos. Hoe kan het zijn dat we niet aannemen dat iemand de krant zonder meer begrijpt, maar wél aannemen dat ze weten wat een USB-stick is of waarom een browser en Google niet hetzelfde zijn?

Nee, echt niet iedereen hoeft een whizzkid te worden of te kunnen programmeren. Nee, echt niet iedereen hoeft een bèta te zijn. Wél is het ontzettend belangrijk dat iedereen snapt waarom op DigiD inloggen veiliger is dan TikTok; dat je weet waarom je wachtwoorden niet moeten lijken op voetbal2002 en hoe je een document opstelt in Word om een verhuizing door te geven.

Wat moeten we dan nu doen? We bevinden ons in een luxepositie (los van het feit dat analfabetisme in de rest van de wereld een veel groter probleem is dan hier): we zien de onmisbaarheid van digitale basisvaardigheden aankomen. We zijn er op tijd bij! Laten we het onderwijs nu veranderen en deze onderwerpen toevoegen. Hoe zonde zou het zijn dat we hier niet op inspelen, omdat “het vroeger toch ook niet nodig was”.


Joris W. van Rijn is co-founder van CodeSkillz. Een start-up die Digitale Vaardigheden gestructureerd plaats wil geven in het voortgezet onderwijs. Gebaseerd op de bouwstenen van Digitale Geletterdheid van het SLO/curriculum.nu ontwikkelen zij met docenten een lesmethode voor de onderbouw van het vo. Meer weten? Kijk op www.digitalelesmethode.nl


Meer betogen en columns

» Een kort betoog voor jong leren programmeren
» Column – Wat is nep?
» Column – Van mediathecaris terug naar bibliothecaris? 

Laat een reactie achter

Vul je e-mailadres in om op de hoogte te blijven van reacties (je e-mailadres wordt niet gepubliceerd).

Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.