Codeklas: voor iedereen die nu eens écht wil gaan programmeren in de klas

woensdag 14 oktober 2015

Het boek Codeklas geeft een introductie op programmeren in het (basis)onderwijs en geeft 40 praktische tools ter inspiratie. Niet alleen worden allerlei programmeertalen en -tools besproken, meer nog is dit boek een verzameling lesideeën. Compleet genoeg om direct mee aan de slag te gaan, maar met voldoende ruimte voor eigen interpretatie.

Waarom programmeren?

Programmeren is hét lezen en schrijven van de toekomst. Technologie bepaalt een groot deel van ons leven. En het zal een nog groter deel van het leven van onze kinderen bepalen. Met een bepaalde basiskennis van programmeren zijn kinderen beter voorbereid op wonen en werken in de toekomstige maatschappij. Niet alleen om straks een leuke baan te krijgen, maar ook om je werk goed te kunnen uitvoeren.

Programmeren geeft je powerrrr – Pauline Maas, auteur van Codeklas

Maar op Nederlandse scholen is nog weinig aandacht voor programmeren, constateert Christian Vermeulen in zijn artikel Programmeren hoort ook bij basisontwikkeling. Hij wijt dat vooral aan het gebrek aan kennis bij docenten. Codeklas haalt die drempel weg.

Dus geen excuses meer. Aan de slag!

Start met Unplugged-lessen

Je start altijd met Unplugged-lessen. Dat zijn leuke, geanimeerde klassikale lessen. Offline. Ze zijn laagdrempelig, vragen niet om voorkennis en zijn geschikt voor alle leeftijden. Deze lessen geven kinderen inzicht in hoe een computer werkt: hoe zet een computer tekst en cijfers om in code? Hoe praat, denkt en rekent een computer?

Een mooi voorbeeld is de Sandwich Robot, waarin een docent de rol van robot speelt. Leerlingen moeten de robot opeenvolgende opdrachten geven die nodig zijn om een boterham met hagelslag te beleggen. Zo leren ze dat je een opdracht heel precies moet zijn, en dat foute opdrachten (debuggen) ook onderdeel zijn van het uiteindelijke resultaat.

» Download het lesmateriaal Sandwich Robot

Van apps & games tot robots & websites

Hebben ze de basis onder de knie, dan kunnen je leerlingen verder met:

  • Het bedenken van games, bijvoorbeeld met Kodu of Gamemaker
  • Het ontwerpen van apps, bijvoorbeeld met Appmaker of Floors
  • Het bouwen van websites, bijvoorbeeld met Kidblog of WordPress
  • Het leren van echte programmeertalen, zoals Scratch of Python

Afhankelijk van interesses, leeftijd en het niveau van je leerlingen kies je steeds een volgende stap.

Wil je met robots aan de slag? Ook dan wordt geadviseerd om te beginnen met een Unplugged-les. Laat kinderen bijvoorbeeld eerst een werkstuk maken over de geschiedenis van robots. En brainstorm daarna klassikaal over de toekomst van robots.

Hoe zit dat met meisjes, peuters, kleuters of kinderen die gewoon niet van techniek houden?

Als je dit boek hebt gelezen, weet je dat niet iedereen hoeft te kunnen programmeren. Maar het is wel belangrijk om te weten hoe technologie werkt. Ook als leerkracht hoef je niet alles te weten, je kunt samen met de leerlingen op zoek gaan naar de antwoorden. De leraar leert gewoon mee.

Codeklas pleit – verweven door de hoofdstukken – ervoor dat programmeren vooral leuk moet zijn. Dan wordt het vanzelf leuk voor élk kind. Zo zegt Felienne Hermans, universitair docent informatica aan de Tu Delft: “Echt stukjes code maken, lukt pas met kinderen vanaf een jaar of 6. Maar kleuters vinden opdrachtjes waarbij ze gestructureerd moeten nadenken en een plannetje moeten maken ook al superleuk.”

Ook Ronilla Snelle, directeur CodeUur, heeft een mooie tip. Zij zegt: “Vraag bij de start van je lessen eens naar welke games de leerlingen spelen, bijvoorbeeld Mario. Als je dan schetst dat Mario ook ooit door iemand is bedacht, en dat je moet kunnen programmeren om Mario te laten bewegen, kom je snel in de belevingswereld van kinderen zelf.”

Tot slot wordt 3D-printen getipt: bij uitstek geschikt om meisjes meer bij techniek te betrekken. Want of je nu een dinosaurus of een armband wilt printen, je moet technisch gezien dezelfde stappen doorlopen.

Codeklas: een zeer praktisch boek om écht te beginnen met programmeren

Het boek is opgebouwd zoals alle TweePuntNul-boeken, denk aan Met je smartphone naar buiten en BoekTweePuntNul. Elk van de 40 tools geeft antwoord op de volgende vragen:

  • Wat is het en wat kun je er mee?
  • Ontstaansgeschiedenis
  • Doel
  • Weetjes
  • Gebruiksmogelijkheden
  • Handleiding
  • Jargon

Bij elke les staat aangegeven voor welke leeftijdscategorie het is, of je een pc nodig hebt en of je een investering moet doen. Het boek wordt afgewisseld met inspirerende interviews. Ook krijgt de lezer handvatten om programmeerlessen te koppelen aan de kerndoelen en is – in samenwerking met onderwijswetenschapper Amber Walraven – een doorlopende leerlijn opgesteld die in het boek wordt omschreven en toegelicht. Zo kunnen leerkrachten ervoor zorgen dat programmeren een vast onderdeel wordt op school, zonder dat het ten koste gaat van verplichte vakken.

Kortom, laat niks je nog tegenhouden. Programmeren is leuk! Ontzettend belangrijk, maar vooral erg leuk. Codeklas is een zeer praktisch boek voor iedereen die nu eindelijk eens écht wil beginnen met programmeren in de klas.

Meer inspiratie om een vliegende start te maken met programmeren:

Reacties 2

Laat een reactie achter

Vul je e-mailadres in om op de hoogte te blijven van reacties (je e-mailadres wordt niet gepubliceerd).

Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.